vrijdag 11 november 2011

De eerste keer

Sinds ik in het Roggeveenhuis woon, heb ik een indrukwekkende ervaring met brandalarmen opgedaan. In mijn eerste semester is het geloof ik wel zes keer gebeurd, meestal midden in de nacht. Er is niks zo goed voor je doorbloeding dan om half 4 's morgens een half uur buiten staan te blauwbekken totdat de beveiligingsdienst het alarm uit komt zetten. Dit alles omringd door medestudenten die er voor de verandering nog maar eens eentje opsteken.

De eerste keer dat dit gebeurt, schrik je je dood. Je valt je bed uit, strompelt naar de deur, vliegt op je blote voeten de trappen af en staat hijgend buiten, om daar tot je opperste verbazing te zien dat je de eerste bent die buiten is. Terwijl je toch op de tweede verdieping woont en er genoeg mensen zijn die veel eerder buiten hadden kunnen zijn! Na een minuut of twee zie je de eerste mensen naar buiten druppelen, druk pratend en lachend, soms met eten in hun handen, soms met thee of een halflege fles drank (al naar gelang het tijdstip). Na een minuut of tien is ongeveer eenderde van de flat buiten. De rest is niet thuis, zit in het trappenhuis te kletsen (want buiten is het koud), of weet op de een of andere manier het oorverdovende lawaai te negeren en blijft koppig op zijn kamer zitten. Want er is toch nooit iets aan de hand!


Vervolgens ontstaat er een klassieke conditionering. Hoe vaker het alarm afgaat, hoe minder je erop gaat reageren. Totdat je op een gegeven moment alleen nog maar geïrriteerd bent en er geen sprankje paniek meer in je oplaait bij het horen ervan.

Maar dan. Ik was in oktober in mijn eerste semester (let op: toen zat ik dus nog geen twee maanden op school en had ik dus al zes keer het alarm meegemaakt) naar de Ardennen afgereisd om daar in een prachtig château midden in het bos een weekendje te vasten en relaxen. In dat château, dat overigens compleet van hout gemaakt is, was een manshoge open haard die de hele dag aan was. 's Avonds werd hij uitgemaakt, en ging iedereen naar bed.

En toen ging het brandalarm af!

Het was Peter en de wolf all over again. Ik was zo gewend aan het geluid, dat ik er in de eerste instantie maar nauwelijks wakker van werd. Met een zucht en een kreun ging ik maar eens rechtop in bed zitten. Maar toen realiseerde ik me ineens dat ik helemaal niet in mijn kamertje in Middelburg was, maar in de Ardennen! In een HOUTEN château!

Gelukkig was er ook hier geen echte brand, maar was het de schoorsteen die niet goed doortrok waardoor een rookmelder was afgegaan. Toch zat vanaf dat moment de schrik er bij mij zodanig in dat ik besloot om brandalarmen voortaan altijd serieus te nemen. Hoe waarschijnlijk het ook is dat het gewoon een aangebrande pan is, ik sta als eerste buiten. Want je zit toch met 170 mensen in een gebouw, die allemaal per ongeluk een echte brand kunnen stichten in hun kamer. 

Daarna is het een tijdje een stuk rustiger geweest in Roggeveenhof. Maar deze week was het weer raak! Dinsdagavond, half twaalf, ik lag nét vijf minuten in bed. Brandalarm. Nou, ik kan je vertellen, ik was goed pissig. Maar goed, rustig blijven, het was in ieder geval niet midden in de nacht. Adem in, adem uit.

Begrijp me niet verkeerd, ik snap best dat je een keer iets aan kan laten branden. Het is mij ook vaak genoeg gebeurd. Maar als je alarm in je eigen kamer afgaat, heb je twee minuten de tijd om het te stoppen. Je doet je deur dicht (want de rookmelder op de gang laat meteen het hele gebouw afgaan), raam open, zet je pan in het kozijn en wappert een beetje naar de rookmelder. Als er dus niet echt brand is, zou het gewoon niet mogen gebeuren dat het hele gebouw afgaat doordat iemand onder de rookmelder staat te paffen of zijn pannetje melk laat overkoken. Twee minuten is genoeg, echt! Daarom ben ik altijd zo chagrijnig als het toch gebeurt en er niks aan de hand is. Je laat dus het hele gebouw naar buiten komen, al dan niet op een onmenselijk uur, omdat jij het even niet aankon om iets harder met je theedoek te wapperen!

Dit werkt dus niet :P

Daarmee komen we ook aan bij de titel van dit stukje: de eerste keer. Vandaag was namelijk de eerste keer dat ik onder de douche stond terwijl het brandalarm afging. Haren vol shampoo, helemaal loom onder de warme straal, en dan weer dat alarm. Seriously. Seriously?! Twee keer in drie dagen?!

Natuurlijk had ik mijn badjas een paar weken vantevoren weer bij mijn moeder thuis neergelegd, omdat 'ik hier toch nooit een badjas nodig heb'. Dus ik rende met een handdoek om me heen de gang op en klopte panisch aan allerlei deuren; "I need a bathrobe! I need a bathrobe! Do you have a bathrobe?" Maar toen twee mensen 'nee' zeiden rende ik toch maar weer de kamer in en trok zo snel als ik kon mijn pyjama en slippers aan. Haren in de handdoek en naar beneden!

Buiten was het, ik kan het niet anders zeggen, koud. Helemaal als je je eigenlijk maar nauwelijks af hebt kunnen drogen en niet eens tijd had om ondergoed aan te trekken onder je joggingbroek en oversized trui. Dikke lol dus.


Maar laten we het positief bekijken. Weer iets beleefd wat ik nog nooit eerder had meegemaakt. En, toegegeven, het was een hele ervaring. En de douche was extra lekker toen ik er later weer onder kon gaan staan :)

Anne

Geen opmerkingen: